Ons monodisciplinair netwerk geriatriefysiotherapie regio Nijmegen bestaat inmiddels alweer tien jaar. Vanuit het Intercollegiaal Overleg Fysiotherapeuten (IOF) merkten we dat we als eerste- en de tweedelijns fysiotherapeuten behoefte hadden meer met elkaar samen te werken tijdens de behandeling van een geriatrische cliënt. Acht kartrekkers uit het IOF hebben toen het monodisciplinair netwerk opgericht. Dit netwerk is een samenwerkingsverband tussen fysiotherapeuten uit de eerste, tweede en derdelijns gezondheidszorg. Alle fysiotherapeuten zijn gespecialiseerd op het gebied van (complexe) ouderenzorg in Nijmegen en omstreken. De doelstellingen van het netwerk zijn: onderlinge kennisuitwisseling, kennis vergaren, kennis delen met andere disciplines en contact zoeken met andere zorgverleners rond ouderenzorg.
De deelnemers van het netwerk moeten geriatriefysiotherapeut zijn, of affiniteit hebben met ouderen en minimaal tien uur in de week met ouderen werken om de specialistische zorg en hulp te kunnen bieden. Doordat er ook leden werkzaam zijn in de ziekenhuizen zorgt dit voor een laagdrempelige communicatie tussen de verschillende lijnen.
Ons netwerk is qua leden al jaren stabiel met ongeveer vijftig deelnemers, waarvan we merken dat er steeds meer leden ook de opleiding tot geriatriefysiotherapie hebben gevolgd. De laatste jaren hebben we ons netwerk verder geprofessionaliseerd. We hebben ons ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en de website vernieuwd. We schrijven ook nieuwsbrieven voor de leden en we organiseren regelmatig bijscholingen, in de vorm van in
company trainingen, en lezingen door andere professionals. Zo heeft Toine van de Goolberg, conditie- en hersteltrainer en docent actieve revalidatie, een lezing gegeven over trainen met ouderen volgens het Kracht Revalidatie Systeem van de Rehaboom. Martin Ophey, sportfysiotherapeut, docent en mede-oprichter van nascholingsinstituut NEXUS, heeft een lezing gegeven over schouderklachten bij ouderen. Een psycholoog en specialist ouderengeneeskunde zijn samen geweest om iets te vertellen over medicatie en depressie. Andere onderwerpen waarvoor sprekers zijn geweest zijn: psychomotorische therapie, foutloos leren, judo en valtraining en palliatieve zorg.
In de nieuwsbrieven informeren we de leden over de gang van zaken achter de schermen, kondigen we de netwerkbijeenkomsten aan en vragen we onze leden om input. Dit alles zorgt ervoor dat leden betrokken blijven, kennis vergaren en enthousiast zijn over de invullingen van de bijeenkomsten. Afgelopen jaar zijn we ons steeds meer gaan richten op het netwerken met andere disciplines en de lijntjes gaan leggen naar bijvoorbeeld de ziekenhuizen in de omgeving, niet alleen naar de collega fysiotherapeuten, maar ook juist met de afdelingen geriatrie en neurologie.
Louis Nijhuis, de voorzitter van de Nederlandse Vereniging van Fysiotherapeuten in de Geriatrie, gaf tijdens ons tienjarig jubileum een lezing over het belang van samenwerking. Daarbij benadrukte hij dat het ook belangrijk is dat de geriatriefysiotherapeuten zichzelf goed op de kaart zetten. Mede door deze lezing zijn wij ons sinds dit jaar nog meer gaan richten op de vraag hoe we nog meer zouden kunnen gaan samenwerken. In de breedste zin van
het woord, samenwerken met elkaar, met de ziekenhuizen (vooral juist ook met de verwijzers), met andere disciplines zoals huisartsen, thuiszorg en ergotherapeuten, maar ook kijken of we meer samenwerking met andere netwerken kunnen zoeken, zoals andere geriatrienetwerken. Daarnaast willen we ook onderzoeken of het zinvol is om te gaan samenwerken met netwerken zoals bijvoorbeeld ParkinsonNet. We voeren daarom verkennende gesprekken met de KNGF, NVFG, de coöperatie fysiotherapie Nijmegen (CFN), de huisartsencoöperatie en onze eigen achterban om hun mening te vragen over hoe we de samenwerking met elkaar en met andere disciplines beter vorm kunnen gaan geven in de toekomst. Wat me extra trots maakt is dat we dit als bestuur, bestaande uit vijf personen, vrijwillig al sinds 2013 met veel toewijding proberen te bewerkstelligen met hart voor het vak.
Judith van den Berg